We hebben een aantal deelonderwerpen bij het onderwerp tsunami’s, de deelonderwerpen zijn:

Wat is een tsunami?

Een tsunami is een vloedgolf die ontstaat na een aardbeving onder de zeebodem. Dat heet een zeebeving. Een tsunami is niet zomaar een golf. Eerst trekt de zee zich terug, tenminste dat lijkt zo, en later komt de tsunami als een enorme muur van water op het land af, en kan een enorme verwoesting veroorzaken.

Hoe ontstaat een tsunami?

Een zeebeving ontstaat door dat de oceaanplaat onder de continentale plaat duikt. Dit gaat heel langzaam, maar kan toch soms een beving veroorzaken. Doordat de oceanische plaat onder de andere plaat verdwijnt zakt de bodem van de zee naar beneden. De ontstane ruimte wordt opgevuld met water waardoor het aan de kust lijkt alsof het water zich terugtrekt. De druk op de continentale plaat wordt op een gegeven moment zo groot, dat hij los schiet. Dat veroorzaakt een aardbeving, en daardoor ontstaat er weer een golfbeweging. Vanuit het epicentrum van de aardbeving bereiden de golven zich uit. Soms wel met een snelheid van 800 km per uur. Als je op wat verder op zee zit, bijvoorbeeld op een schip, is er weinig te merken van de tsunami. Maar zodra de golf dichter bij land komt, neemt hij in een keer enorm in hoogte toe. Dat komt omdat de kust schuin oploopt. Als de tsunami uiteindelijk het land heeft bereikt, rolt hij als een muur van water over het land heen en verwoest hij alles wat hij tegenkomt. Als de golf eenmaal aan land is, moet het water natuurlijk ook weer terug naar de zee. Het zuigt dan met enorme kracht van alles met zich mee.

Waar komen de meeste tsunami’s voor?

De meeste tsunami’s komen voor bij gebieden die op een breuklijn liggen, of in de buurt van een breuklijn.  Een plek waar een oceaanplaat onder een continentale plaat duikt, is bijvoorbeeld de Indisch Australische plaat onder de Euraziatiche plaat.  Het zijn natuurlijk vooral de kustgebieden die het meest last hebben van de tsunami’s.